In bepaalde gevallen zijn er bijkomende onderzoeken nodig om uit
te zoeken wat het probleem is bij je huisdier.
Enkele van deze onderzoeken worden in de praktijk zelf gedaan,
andere stalen sturen we door naar de diergeneeskundig labo's Velab
en Medvet.
Welke onderzoeken zijn mogelijk in de praktijk? Enkele voorbeelden.
Huidafkrabsel of vachtmonster
Bij dieren met huidproblemen kan een afkrabsel van de huid gemaakt worden of worden de schilfers van de huid verzameld en bekeken onder de microscoop. Deze onderzoeken worden vooral gebruikt bij een vermoeden van schurftmijten.
Tape-strip
Hier wordt met een stukje plakband materiaal van de huid verzameld. Na kleuring wordt dit bekeken onder de microscoop op zoek naar onder meer gisten en bacteriën die een huid- of ooronsteking kunnen veroorzaken.
Dunne naald biopt
Dit wordt vaak toegepast bij gezwellen. Met een naaldje wordt geprikt in het gezwel en worden er enkele cellen opgezogen die na kleuring onder de microscoop bekeken worden.
Biopten van gezwellen
Indien er gezwellen operatief weggenomen worden, is er steeds de mogelijkheid om een stukje van het gezwel op te sturen naar het labo voor verder onderzoek. Op die manier kunnen we precies te weten komen met wat voor type gezwel we te maken hebben, een aangepaste behandeling opstarten en een gerichte prognose geven naar de toekomst.
Swab
Met een steriel wattenstaafje wordt er materiaal verzameld en opgestuurd naar het labo. Deze techniek wordt gebruikt om een bacterie- of schimmelcultuur van een onsteking te maken. Op die manier kunnen we ook via DNA-onderzoek naar meer hardnekkige ziekteverwekkers zoeken, zoals herpes of erfelijke aandoeningen zoals bijvoorbeeld Polycistic Kidney Disease.
Urine- en bloedonderzoek
Het standaard urineonderzoek kunnen we in de praktijk zelf. Zo kunnen we de dichtheid bepalen, kijken of er eiwit in de urine zit en met een urinestick controleren op glucose, ontstekingscellen en de zuurtegraad meten. Voor onderzoek op kristallen of cultuur van bacteriën sturen we de urine op naar het labo.
We hebben een centrifuge die voornamelijk gebruikt wordt bij patiënten met bloedarmoede, voor het bepalen van de hematocriet in het bloed. Zo kunnen we meerdere keren per dag het eventuele bloedverlies controleren. De centrifuge kan ook gebruikt worden voor extra urineonderzoek. Voor de dieren met diabetes hebben we een glucosemeter om snel het bloedsuikergehalte te kunnen bepalen. Indien er andere onderzoeken nodig zijn, wordt het bloed steeds naar het labo gestuurd.
De ophaling door Velab gebeurt twee- of driemaal per dag op weekdagen en éénmaal op zaterdag. De uitslagen worden vanaf het moment dat ze bekend zijn online naar de praktijk doorgestuurd. Zo ontvangen we de meeste resultaten reeds binnen de tijdspanne van één dag.